Samen ontwikkelen we jouw supertalent!









Dat kinderen talenten hebben, beseffen we zeer goed in onze basisschool. We vinden het dan ook een eer om samen met kinderen hun talenten te ontwikkelen. We leggen bewust de lat hoog voor ieder kind, om zo maximale leerwinst te bereiken. Uiteraard houden we steeds rekening met de specifieke onderwijsbehoeften en zetten we het welbevinden centraal.
Om kinderen meer succeservaringen te laten beleven, vertrekken we vanuit een talentenspel. We werken met het thema superhelden en willen zo het ontwikkelen van talent, koppelen aan superkrachten die ze gedurende hun school-loopbaan verzamelen. Dit past zeer goed in de leefwereld van kinderen en zal hen motiveren op zoek te gaan naar hun super- kracht. Ieder kind droomt er wel een beetje van om superheld te worden en die droom willen wij voor de toekomstige gene- ratie waarmaken. Een superheld hoeft niet altijd sterk te zijn.
Superhelden kunnen ook CREATIEF, EIGENZINNIG, SPORTIEF, MILIEUBEWUST, INTELLIGENT, ... zijn.
Binnen ons talentenspel werken we met 9 superhelden. Alle superhelden hebben een specifiek talent. Op deze manier kan ieder kind zich vereenzelvigen met een specifieke superheld. We proberen steeds alle talenten op een zo evenwichtig mogelijke manier aan bod te laten komen.
We sommen graag op hoe we iedere held met zijn talent verankeren in onze schoolvisie.
We willen de kinderen opvoeden tot bewuste, leergierige, respectvolle, geëngageerde en verantwoordelijke burgers. Kinderen zijn zich bewust van hoe de wereld in elkaar zit, zijn respectvol voor zichzelf, de anderen, de natuur, de menselijke verwezenlijkingen en zijn bewust van hun eigen talenten, rol, aandeel en verantwoordelijkheid in de wereld. We streven bij de leerlingen een participatieve en in essentie emancipatorische houding na.
Die duidelijk opvoedende nadruk uit zich concreet in de link met sociale vaardigheden en in de vele ‘educaties’ die binnen alle vakken en onze dagelijkse omgang met kinderen, ouders, collega’s … aan bod komen.
Leerlingenparticipatie & heldenateliers
De kinderen maken mee het beleid van onze school. Daarom voeren we op regelmatige tijdstippen over de hele school klasdiscussies over thema’s als schoolafspraken, speelplaatsinrichting, veiligheid en preventie, natuur op school,… De kinderen formuleren voorstellen tot verbetering. Een kleine klasdelegatie gaat die voorstellen bespreken met de directeur.
Daarnaast organiseren we meerdere heldendagen. Tijdens die dagen kunnen kinderen hun talenten ontdekken in verschillende workshops of heldenateliers. Die workshops worden ook door (groot)ouders gegeven, zodat we meer talent en expertise kunnen binnenhalen in de school.
We zijn ervan overtuigd dat deze manier van werken meer betrokkenheid en welbevinden bij kinderen vergroot. Ook actief burgerschap wordt zo verankerd in onze schoolwerking.
Bij iedere superheld op de volgende bladzijden staan de kerntaken van de brigades opgesomd. Je zal verbluft staan hoe ver wij willen gaan met leerlingenparticipatie.

LEO LIEF
Respect
In beide vestigingen vinden we dat beleefdheid, respect en verdraagzaamheid t.o.v. zichzelf en anderen (=leerkrachten, ouders, MVD-personeel, …) zeer belangrijk zijn. Ook aan orde en netheid wordt veel aandacht besteed.
We streven naar een positieve benadering van de leerlingen.
Openheid
De openheid van de school uit zich niet enkel in de toegankelijkheid maar is ook voelbaar in de dagelijkse omgang met de ouders. Communicatie vinden we erg belangrijk. Leerkrachten en directie zijn steeds bereid tot een gesprek en dialoog.
Thuisgevoel
We streven ernaar om de kinderen een goed gevoel te geven door hen een ‘tweede thuis’ te bieden. Een luisterend oor en een knuffel kunnen wonderen doen. Via het boek ‘Goed-gevoel-school’ ondernemen we acties en waken we erover dat we hier aandacht voor blijven hebben. Zo besteden we aandacht aan een ‘goeiedag’, gaan de kinderen met pantoffels binnen in de klas,…
Gelijke kansen en zorg
Leerstof –conform aan de opgelegde eindtermen- wordt gegeven, aangepast aan de noden van elk kind. Er is veelzijdig contact en overleg met externen (logopedisten, CLB, e.a.), zodat elk kind nauwgezet gevolgd en geholpen kan worden. Dit gebeurt steeds in overleg met de ouders.
Onze zorgcoördinator ondersteunt leerkrachten en ouders bij hun zorgvraag en werkt samen met externen om hulp te bieden op maat.
Onze ontwikkelingsgroepen worden steeds door een team van leerkrachten gecoacht, zodat elk kind de aandacht en zorg krijgt die het verdient.
Leerkrachten werken met een 4sporenbeleid. Hun leerlingen worden per vak ingedeeld per instructieniveau. Dit doen ze aan de hand van een Flow-chart.
We hebben een uitgebreide zorgbieb met heel wat materialen om aan differentiatie te doen. We gebruiken voornamelijk ‘Wiskanjers zorg’ voor wiskunde en ‘Taalkanjers zorg’ voor taal. Voor leerlingen met een leervoorsprong gebruiken we Krak als aanvulling bij de methode van wiskunde. Er wordt voor kinderen met leervoorsprong geschrapt in basisleerstof die vervangen wordt door uitdieping.
Ook werken we met het online programma ‘Calcupal’ om de kinderen op maat basiswiskunde te laten automatiseren, want zonder die stevige basis heeft verder bouwen weinig zin.
Voor anderstalige kinderen werken we met de methode ‘Matti en Mona’. Dit is een methode die inzet op een snelle integratie van anderstalige nieuwkomers op school.
Zorg moet gedragen worden door het team. De afspraken in verband met differentiatie, klasmanagement, leerlingvolgsysteem en evaluatie worden opgevolgd door de zorgcoördinator en directie op gestructureerde overlegmomenten.
Ook de ouders worden nauw betrokken bij de zorgwerking. Ouders worden bij een probleem steeds op de hoogte gebracht van de (redicodi)maatregelen die de school wenst te nemen. Alle uitzonderingen, afspraken en bijzondere maatregelen met betrekking op kinderen wordt meteen meegedeeld via een overleg of gesprek met de klastitularis en/of zorgcoördinator.
Gedragsbeleid via het 4-laden model
Een goed sanctiebeleid is niet aan de ene kant een aantal regels en straffen, en aan de andere kant een aantal pogingen om preventief te werken. Een goed sanctiebeleid is meteen een preventiebeleid.
Het 4lademodel geeft ons een kader om op papier helder te zijn en in de praktijk rechtvaardig. Ongewenste gedragingen worden ingedeeld in vier categorieën, afhankelijk van de ernst ervan en van het aantal keren dat een leerling ze stelt. Aan elke categorie wordt een ‘lade’ met mogelijke maatregelen verbonden. Daaruit kan men op elk moment een passende keuze maken, afhankelijk van de omstandigheden. Het model maakt het mogelijk om gedifferentieerd op te treden zonder arbitrair te zijn. Passende maatregelen kunnen ook ‘positief’ zijn: in de vorm van aanmoedigingen en blijken van waardering voor inspanningen van de leerlingen om hinderlijke gewoontes af te leren. Voor ons schoolteam betekent het 4 lademodel een omslag in het aanpakken van ongewenste gedragingen van leerlingen. Zware overtredingen zijn het domein van directie en zorgcoördinator. Frustrerend experimenteergedrag in de klas vraagt dan weer om een wijs en professioneel antwoord van de leerkracht. Solidariteit in het team en samen zoeken naar constructieve oplossingen zijn de basisprincipes van het model.
Pestactieplan
De Leo Lief-brigade is een afvaardiging van kinderen van verschillende klassen die samen kleine probleempjes op de speelplaats oplost. Zij proberen dit steeds te doen op eigen initiatief en helpen andere kinderen om hun welbevinden te verbeteren. Kinderen kunnen steeds aangeven aan de brigade dat ze zich niet goed voelen of alleen zijn door op de Leo Lief-stip te gaan staan.
Binnen ons pestactieplan zetten we vooral in op preventie. Zo doen we ieder jaar mee met de week tegen het pesten en organiseren we lessen rond pesten en sociale vaardigheden om kinderen te wijzen op de gevaren van pesten. We hebben oog op samenwerking in de klassen, kringgesprekken (gelijkwaardigheid van alle partners) en de positieve benadering van elk kind. Kinderen die zich geliefd en gewaardeerd voelen, zullen minder neiging tonen tot pestgedrag.
Wanneer er een pestprobleem is, zit de klastitularis, de zorgcoördinator en directie samen om dit probleem zo snel mogelijk in de kiem te smoren. We werken volgens de no-blame-methode, waarbij we focussen op herstel. Zo worden zowel de pester, gepeste als middengroep gehoord en wordt het probleem zeer nauwgezet opgevolgd.
Klasgesprekken
We besteden veel aandacht aan klasgesprekken, ook om leerstof te verwerken. Zo is er iedere week een praatkring waar kinderen kunnen vertellen over eigen interesses, het voorbije weekend, wensen, … , organiseren we een actuakring, een boekenkring,…
Ook wanneer er een probleem is met de groepsdynamiek wordt meteen een klasgesprek georganiseerd.
GOED GEVOEL SCHOOL
Goeiemorgen
Een goeiemorgen is zeer belangrijk. Deze ‘goeiemorgen’ laat je meteen voelen hoe welkom je wel bent. We besloten als team om extra aandacht te besteden aan een welgemeende goeiemorgen.
Een alternatieve week tegen pesten
Als buffer tegen pesten organiseren we ‘Leo Lief week’. Een week waar actief burgerschap, gezelligheid, lief zijn voor elkaar, … in de kijker staan.
Gezellige school
Onze kinderen brengen vanaf de peuterklas hun pantoffels mee. Die houden niet alleen het vuil van onze groene speelplaats buiten, maar zorgt vooral voor tonnen gezelligheid en een huiselijk gevoel. Verder krijgen ze heel wat inspraak om hun school nog gezeliger te maken. Zo worden alle lokalen momenteel opnieuw geschilderd in gezellige, rustgevende kleuren. Daarnaast organiseren we af en toe een ontbijt in de klas, een picknick,…
TDT (Teacher Design Teams)
We streven ernaar om zo goed mogelijk samen te werken met andere scholen. De SPringplank en De STEMpel werken samen in de vorm van TDT’s (teacher design teams). Per ontwikkelingsgroep is er een TDT die meerdere keren per jaar samen komt om samen projecten te trekken, te evalueren, bij te sturen, curriculummateriaal ontwikkelen, … . Wij geloven dat onze leerkrachten elk hun eigen talenten bezitten en dat zij door samen te komen en hun talenten te delen, elkaar enorm versterken.
De pedagogische visie van de 2 vestigingen is voor een groot stuk op elkaar afgestemd. De directies van beide scholen verdelen de taken op pedagogisch vlak en coachen de TDT’s.
Teamteachen
“In teamteaching werken meerdere onderwijsprofessionals samen aan kwaliteitsvol onderwijs voor al hun leerlingen. De samenwerking situeert zich zowel in het voorbereiden en uitvoeren van lessen, als in de reflectie op hun gedeelde lesopdracht.”
- Op een gestructureerde manier: er wordt formeel beslist op welke momenten er wordt samengewerkt, dat er regelmaat in zit en dat je als leerkracht samen met je collega instaat voor de voorbereiding, de uitvoering en de evaluatie van die activiteiten. Het hoeft niet continue te zijn, ook bv. één dag per week samen voor de klas is team teaching, dit in tegenstelling tot wanneer collega’s toevallig samen een namiddag organiseren.
- In een gelijkwaardige relatie: Samenwerkende collega’s kunnen die gelijkheid tonen door elkaar te respecteren, door ervan overtuigd te zijn dat hun collega unieke en nuttige ervaringen heeft die het onderwijs aan de leerlingen kan verrijken door competenties te bundelen.
- Gedeelde verantwoordelijkheid: Soms neemt één leraar het voortouw, en zorgt de andere voor ondersteuning. Toch blijven ze samen verantwoordelijk voor het onderwijsleerproces, ze zijn beiden betrokken op de inhoud en de vorderingen van de kinderen in de klas.
We kiezen bewust voor teamteaching en zorgen er zo voor dat alle lestijden maximaal worden ingezet per leergroep. Zorgleerkrachten draaien gewoon mee binnen elke entiteit.
Zo hebben we:
1. Rupsen en vlinders: peuters, K1 en K2
2. Welpen: K3 en L1
3. Wolven: L2 en L3
4. Alfa’s: L4, L5 en L6

NINA NATUUR
MOS
Om de kinderen bewust te maken van ons milieu (en de bijhorende problematiek) stapten alle vestigingen in het MOS project. We zetten in op actief burgerschap en nemen deel aan de week van de netheid, walk for water, dikketruiendag, …
Ook afvalbeleid verdient onze aandacht. We moedigen ouders aan om koeken aan te kopen zonder al te veel verpakkingen. Als die er toch zijn, gaan ze gewoon weer mee naar huis in de boekentas. Ook flesjes water moeten herbruikbaar zijn of gaan terug mee naar huis.
Outdoor Education
Outdoor education is een gezonde mix van buitenactiviteiten, omgevingsonderwijs en sociale/persoonlijke ontwikkeling. Via openluchtonderwijs of openluchteducatie proberen we binnenklasactiviteiten naar de open lucht te verhuizen.
Met outdoor games gebeurt dit a.d.h.v. spelvormen en dat is niet eens zo verwonderlijk. Spel is voor kinderen heel belangrijk. Niet alleen hun betrokkenheid stijgt en daardoor ligt het voor de hand dat bepaalde leerinhouden tijdens een spel veel geconcentreerder worden opgenomen (= educatie). Maar ook hun fysieke paraatheid en hun persoonlijke en sociale ontwikkeling worden in groepsspelen aangesproken.
Leer-groen en zorgen voor dieren
Juist in deze tijd, waarin veel kinderen ongezond eten, geen groentes lusten en al op jonge leeftijd last krijgen van overgewicht, voedsel-allergieën en diabetes, is een schooltuin heel belangrijk. Die brengt kinderen naar buiten, in beweging, de frisse lucht in. Bovendien gaan kinderen met een moestuin vanzelf gezonder eten. Ieder kind wil zijn zelfgekweekte radijsjes, sla en tomaatjes wel proberen!
Natuur- en milieueducatie draait om het leren waarderen van de natuur. Het planten van een zaadje doet kinderen beseffen hoe belangrijk het is om die natuur te beschermen; voor de groei van planten is immers schone grond en water nodig.
Kinderen leren verantwoordelijk zijn omdat ze ergens voor moeten zorgen. Voor onze kippen en konijnen moeten ze dan ook zelf hun verantwoordelijkheid nemen.
En het is ook zo dat kinderen zich op schoolpleinen met groen (bomen, gras, aarde, struiken en een moestuintje) prettiger en veiliger voelen, minder pesten en gepest worden en ook nog eens beter leren!
Op stap met de klas
We gaan twee keer op GWP in het 5de leerjaar en het 6de leerjaar. Het ene jaar gaan we naar Kemmel en het andere jaar naar de zee. Natuur is een belangrijk onderwerp gedurende deze GWP.
We gaan met de kinderen vaak op uitstap en doen dit waar mogelijk met het openbaar vervoer of per fiets. Deze uitstappen zijn steeds in het kader van de lessen/ thema/ onderzoek.
De buiten’klas’
Onze groene buitenspeelplaats wordt gebruikt als extra ruimte om met kinderen in dialoog te gaan. Ook worden hier brainstorms, voorleesmomenten en kringgesprekken georganiseerd. Tijdens de speeltijd is dit een ruimte om rustig te keuvelen.

STAN SPORTIEF
Gezonde voeding en beweging
Naast een goed gevoel vinden we gezonde voeding en beweging zeer belangrijk. Daarom worden er verscheidene sportactiviteiten en bewegingstussendoortjes aangeboden, zowel tijdens als na de schooluren. Er is samenwerking met MOEV, zodat er ook buiten de school gesport kan worden.
Fruit als gezond tussendoortje
Elke voormiddag wordt er enkel fruit gegeten in onze klassen. De kinderen brengen dit zelf mee van thuis en eten het fruit in groep op, bijvoorbeeld vlak voor de speeltijd in de voormiddag. Dit wordt in de mate van het mogelijke aan een educatieve activiteit gekoppeld.
Drankenbeleid
De kinderen drinken enkel water op school. Water wordt de hele dag aangeboden. Er is een drinkwaterfontein waar de kinderen de ganse dag hun drinkfles kunnen vullen.
Zwemmen
Zwemmen is gratis in het eerste leerjaar. De eerste graad besteedt aandacht aan watergewenning en leren drijven. We focussen op het aanleren van een goede zwemstijl in het 3de en 4de leerjaar en investeren daarin de meeste zwemuren. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat de focus op zwemmen in het 3de en 4de leerjaar aangewezen is. We spreken dit onderzoek niet tegen en zetten hierop in. In de derde graad ligt de focus op brevetzwemmen en het onderhoud van de zwemstijl. Het aantal zwembeurten is dan ook minder.

Robotech

Professor X
CEYS
Creativity in Early Years of Science Education is een Erasmus project waar we inzetten op creativiteit in de lessen wetenschap voor het kleuteronderwijs en de eerste graad van het lager onderwijs. Aan de hand van een lerend netwerk ondersteund door Artevelde Hogeschool wordt het team versterkt. Dit project past perfect binnen het STEM-actieplan van onze school.
ONDERZOEKEND/ ONTWERPEND LEREN
We vertrekken steeds vanuit een probleemstelling of vanuit de verwondering voor de fysische wereld om ons heen.
“Bij onderzoekend leren gaat het dus om de stimulering van onderzoeks- en ontwerpvaardigheden die leiden tot een onderzoekende houding en niet om het aanbrengen van encyclopedische kennis of louter leuke proefjes doen.”
Onze methode WO hebben we volledig geschrapt en voortaan werken we 11 à 12u per week aan ‘onderzoek’. Daarin werken we niet alleen aan Wo, maar ook aan spreek- en luistervaardigheid, het leren maken van teksten,… De 21st century-skills komen hier uitgebreid aan bod.
Wiskunde – ijsbergrekenen
Binnen ons wiskundeonderwijs leggen we de lat hoog en kiezen we voor het werken aan een degelijke basis. We werken in het begin heel concreet, met een grote variatie aan materialen, zodat kinderen zich de nodige basisinzichten kunnen eigen maken. De lessen meten in de werkboeken zijn van minder belang. Meten is doen en komt vaak geïntegreerd aan bod binnen STEM-activiteiten en outdoor education.
Nieuw is ook dat we voortaan inzetten op automatiseren van de tafels en het optellen en aftrekken tot 20 tot aan het 6de leerjaar. We streven ernaar om de eindmeet met iedereen te halen. Kinderen moeten 93% behalen vooraleer we over volledige automatisatie spreken. We gebruiken hiervoor een digitale methode “Calcupal”. Die oefeningen op maat van de kinderen voorziet. Tijdens de testing en inoefening is er voor iedere leerlingen een tablet of laptop voorzien.
Programmeren
We starten al in de peuterklas om kinderen te leren ‘computationeel denken’, dus denken als een computer. Die vaardigheden hebben niet als doel om van elk kind een programmeur te maken, maar om volgende essentiële vaardigheden eigen te maken: logisch en probleemoplossend denken, creativiteit, samenwerken, inzicht in nieuwe technologieën, ruimtelijk inzicht, leren structureren,…
We doen dit op een speelse manier met een leerlijn: o.a. co-de-rups in de peuterklas, beebots van kleuter tot 1ste graad, apps ip tablet, online programmeren via Scratch,…
Blended learning via chromebooks
Blended learning is leren door een combinatie van online onderwijs en face-to-face onderwijs. In het online gedeelte worden kinderen op een actieve manier uitgedaagd omde leerstof op eigen toestel, tijd, plaats en tempo aan te leren. Daarnaast blijven we ook het belang inzien van handschriftontwikkeling en het werken met en in boeken. Die blijven heel belangrijk.
We investeerden hiervoor enerzijds in nieuwe boeken om onze schoolbibliotheek uit te bereiden, en anderzijds in chromebooks en tablets zodat iedereen beschikt over een divice. Elk kind vanaf L2 krijgt een eigen Google-account binnen ons schoolnetwerk. Aan dat account zijn apps en toepassingen gekoppeld die door de leerkrachten per kind ingesteld worden. Zo kan elk kind zelfstandig aan de slag en zijn eigen leerproces in handen nemen op zijn eigen niveau.
Voor ons onderzoek is dit een grote meerwaarde. Alle informatie die kinderen nodig hebben om onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden, verzamelen ze uit boeken en van internet. We leren ze bewust meerdere bronnen te gebruiken en met ekaar te vergelijken.
Via Google classroom kunnen kinderen documenten met elkaar delen, zodat ze elk op hun eigen toestel aan dezelfde tekst of presentatie voor de verwerking van de verzamelde info kunnen werken. De leerkracht kan alle vorderingen online meevolgen en begeleiden.

KRIS KRAS

DO RE MI

PIA PODIA
Vernieuwingstraject Muzische vorming
Muzische vorming leert kinderen anders naar de wereld en zichzelf te kijken en laat hen kennismaken met de wereld van de kunsten (impressie) en hierover te reflecteren. Kinderen leren zich creatief en expressief te uiten door gebruik te maken van beeld-, drama-, bewegings-, muziek- en/of mediataal (expressie). Dit doen ze voortaan binnen hun onderzoeken. Zo zetten kinderen hun onderzoeken en geleerde stof om in muzische presentaties en verwerkingen;
Stappen vormgevingsfase volgens het leerplan GO! (2016) | Stappen onderzoekend leren | Stappen ontwerpend leren |
1. Nadenken over wat je wil creëren en wat je creatie wil betekenen | 1. Verwonderen | 1. Probleem verkennen en formuleren |
2. Vanuit de opgeroepen waarneming keuzes maken | 2. Verkennen | 2. Ideeën verzamelen en selecteren |
3. Een plan bedenken en/of illustreren | 3. Onderzoek opzetten | 3. Concepten uitwerken en selecteren |
4. Het plan uitproberen | 4. Onderzoekuitvoeren | 4. Prototype maken |
5. De creatie afmaken | 5. Concluderen | 5. Testen en optimaliseren |
6. Bedenken hoe de creatie wordt gepresenteerd | 6. Presenteren | 6. Presenteren |
Er vallen globaal gezien 4 gelijklopende fasen te onderscheiden in de drie tabellen. De groene fase bouwt voort op de verwondering van de vorige fase en laat de leerlingen nadenken over wat ze gaan produceren. De nodige beperkingen werden reeds opgelegd in de vorige fase. Waar er in de paarse fase een plan gemaakt wordt staat de blauwe fase in het teken van het produceren zelf. De gele fase hangt nauw samen met de (hier ontbrekende) reflectiefase van het muzisch proces en laat de leerlingen toe om hun creatie te presenteren en bijgevolg te bespreken.
Culturele activiteiten
Al vanaf de kleuterklas bieden we onze kinderen kansen om cultuur te beleven in de breedste zin van het woord. Hiervoor werken we samen met Stad Brugge. Toneel, dans, alternatieve film,… We proberen zo veel mogelijk activiteiten aan te bieden.
Samenwerking met de kunstacademie
Via het project ‘kunstkuur’ komt een leerkracht van de kunstacademie Brugge ons team 4u per week versterken. De kinderen maken zo kennis met een variatie aan beeldende technieken en ook onze leerkrachten kunnen op die manier hun expertise vergroten.

LISA LETTER
Frans
We zetten in op Frans vanaf de 3de kleuterklas. Op een speelse manier leren de kinderen de Franse taal kennen aan de hand van drama en zang. De leerkrachten hanteren een handpop Pistache. Pistache spreekt enkel Frans maar begrijpt ook Nederlands. Deze methode wordt gebruikt vanaf de 3de kleuterklas tot en met het 3de leerjaar. Structureel een half uur per week en doorheen de week op losse momenten.
Vanaf het 4de leerjaar starten we met de leerstof van het leerplan. Voor het 4de één uur per week en voor het de derde graad 3 uren per week. In het 4de leerjaar wordt een aanzet gegeven. De leerkracht start met de eerste contacten uit het handboek van het 5de leerjaar. In het 5de leerjaar herhaalt de leerkracht kort deze leerstof om zo meer tijd te hebben om spreekvaardigheden in te oefenen. In het 6de leerjaar zetten we in op co-teaching. De leerkracht Frans van de Middenschool komt samen met de leerkracht van het 6de op geregelde tijdstippen Frans samen geven. Deze samenwerking kwam tot stand door het volgen van het traject ‘Enchanté’ in samenwerking met de pedagogische begeleidingsdienst.
Aanvankelijk lezen met de KIM-versie
Voor het aanvankelijk lezen werken we met de KIM-versie van veilig leren lezen. Een methode waarbij snel alle letters gekend zijn, maar slecht één letter per steunwoord nieuw wordt aangeboden. In deze methode passen we ook vaak het zoemend lezen toe in plaats van steeds te hakken en te plakken.
Om de overgang van K3 naar L1 vlot te kunnen maken, wordt er ook al in de 3de kleuterklas met deze methode gewerkt.
Kringgesprekken
Kringgesprekken worden niet alleen gehouden als activiteit maar worden vaak gebruikt als werkvorm. Zo zijn er verschillende themakringen die gedurende de week aan bod komen:
Jongste kleuters | Oudste kleuters |
|
1ste graad | 2de graad | 3de graad |
De leerlingen kunnen op voorhand beslissen of ze iets willen vertellen of niet, of als ze iets willen tonen.
Bij onderzoek dagelijks kring. |
1e uur maandag (1/2u weekend – 1/2u actua).
Kinderen brengen iets muzisch mee (foto, tekening, voorwerp, muziek, gedicht ….) en tonen/demonstreren dit aan de kring. Ze leggen uit waarom, hoe en wat ..
lk overloopt klassikaal wat we de laatste week gedaan hebben en linkt deze activiteiten aan een superheld. Zelfevaluatie. Daarna kiezen alle kinderen een superheldsymbool en kleven dit op hun A3blad. Kindje van de week en de talenten bespreken van het kind zelf. |
|
Leesbevordering
Omdat we extra willen inzetten op leesonderwijs, startten we in 2019-2020 met LIST (Lezen IS Top!). We voorzien veel meer tijd om te leren technisch correct lezen, het begrijpend lezen en schakelen al snel over naar het leren GRAAG lezen. Daarvoor worden we begeleid door de Pedagogische Begeleidingsdienst.
Hiervoor wordt in elke klas ELKE DAG voorgelezen. Naarnaast heeft elke kind steeds 3 boeken in zijn/haar bank. Het doel is dat elk kind elk jaar 25 boeken heeft gelezen.
Bibliotheek op school en in de gemeente
Elke vestiging heeft een eigen bibliotheek. Samen hebben we reeds meer dan 10 000 boeken in huis. We gebruiken voor het uitlenen professionele software met een scanner, net als in de ‘echte’ bieb. Via dit programma kunnen kinderen ook reviews schrijven over boeken die ze hebben gelezen en zo ook anderen aansporen om hun favoriete boeken te lezen.
Daarnaast gaan we 1 keer per maand naar de bieb waar kinderen elk een boek mogen ontlenen. Dit niet enkel om recreatief te lezen, maar ook in functie van hun onderzoek.
Mondelinge taalvaardigheid
Aan taal werken we de hele dag door. We starten de dag of de week met een kringgesprek, praten over gevoelens of gebeurtenissen op de speelplaats, maar ook tijdens lessen wereldoriëntatie, wiskunde en muzische vorming overleggen kinderen met elkaar en presenteren ze het geleerde aan hun klas.